donderdag 4 maart 2010

Zo idyllisch

Jenny was geinstalleerd op een tuinstoel in een deken. Voor haar een tuintafel en daarop een kopje thee. Ze knipperde tegen de zon en voelde zich als een tevreden kat, die van de eerste voorjaarswarmte geniet.

-Wat heerlijk is het hier-zuchtte ze en rekte zich uit. Ja, ja reageerde haar man, geniet er nog maar van, straks komt het harde leven weer. O ja? vroeg Jenny. Dat zien we dan nog wel.
Hoezo - reageerde haar man- als je beter bent kun je toch gewoon weer aan het werk?

Ja hoor schat zei Jenny en ze gaapte. Maar nu denk ik daar helemaal niet aan.
Nee hoor mam, geniet jij maar lekker van de zon, voegde haar dochter er aan toe. Jenny lachte. Ze voelde zich onoverwinnelijk. Terwijl ze misschien als een ellendig hoopje mens onderuit gezakt op de stoel had moeten zitten. Of misschien werd dat van haar verwacht, maar ze vond dat helemaal niet nodig.Je hoeft niet zo triomfantelijk te kijken- mopperde haar echtegenoot. Zoveel reden heb je daar niet voor.

Ja, ja wel daar heb ik alle reden voor, ik voel me geweldig triomfantelijk- Ze sloeg de deken van zich af en liep de tuin door om te kijken naar de bloemen die uit de grond kwamen. De tuin was haar terrein en ze kende alle planten persoonlijk, zei ze altijd. Nu kon ze het resultaat van het werk van de afgelopen jaren bewonderen. -Wat is de tuin mooi- verzuchtte ze. Ja, mam dat zeiden wij van de week ook al.- Je gaat toch niet meteen weer onkruid wieden? Nee, dat nog niet, maar misschien van de week om weer op gang te komen, zei haar man.